Blok A

1 Het doel.
1.1 Wie ik ben.

Ik ben Judith Wildenberg. Ik ben geboren op 8 maart in 1992, ik ben nu dus zeventien jaar oud. Ik kom uit Geldrop, dit is een dorp dat tegen Eindhoven aan ligt. Momenteel woon ik nog bij mij ouders thuis, en reis ik iedere dag op en neer naar Breda. Over een tijdje zou ik graag op kamers gaan in Eindhoven. Ik wil graag op kamers in Eindhoven omdat ik me hier erg thuis voel. Ook heb ik mijn vrienden dan wat vaker om me heen. Verder vind ik het belangrijk om mijn zusjes nog regelmatig te kunnen zien.
Mijn leefstijl is op het moment redelijk druk. Dit komt natuurlijk onder andere doordat alles op school nog nieuw is. Buiten school doe ik redelijk veel actieve activiteiten. Ik ga vaak met vrienden uit. We gaan dan stappen in Eindhoven, gezellig naar de film of met zijn alle naar een feestje. Ook regelen we samen veel uitjes. We zijn op het moment bijvoorbeeld bezig met het regelen van een nieuwjaarsfeestje.
Verder werk ik iedere vrijdagavond en zaterdag bij de Vero Moda in Eindhoven. Hier heb ik veel gezellige collega’s en dat is dan ook de reden dat we vaak gezellig met zijn allen wat gaan eten of drinken.
Ook ben ik actief bij de hockey vereniging in Geldrop. Trainen doe ik op het moment niet, dit omdat ik dan vaak moet werken en daar dus op het moment niet aan toe kom. Ik zit in de dames 5. Mijn team bestaat uit allemaal studenten die in verschillende steden studeren. We zijn dus echt een vriendenteam. Iedere zondag hockey ik een gezellige wedstrijd. Na de wedstrijd blijven we vaak nog even met zijn alle hangen op de club om gezellig wat te drinken. Ik zou de hockey niet willen opgeven omdat ik het hier altijd erg naar mijn zin heb. Ik zou de gezelligheid en mijn vrienden erg missen.

Vorig jaar zat ik op het Strabrecht College in Geldrop. Hier heb ik de Havo gedaan in vijf jaar. School vond ik nooit erg. Ik vond het altijd erg gezellig om naar school te gaan. Dit kwam omdat al mijn vrienden ook op deze school zaten.
In het laatste jaar hebben wij een profielwerkstuk moeten maken. De meeste mensen kozen voor een simpel onderwerp. Ik wilde graag iets gaan doen wat me erg interesseerde en iets waar ik later misschien nog iets aan kon hebben.
Het werkstuk ging over duurzame kleding. Dit onderwerp interesseerde me omdat ik altijd erg bezig ben met mode, dit vooral qua kleding. Dit was dan ook de reden dat ik het leuk vond om te kijken hoe kleding duurzaam geproduceerd kon worden.
Dit werkstuk bestond uit een theorie deel en een praktijk deel. Ik heb het meeste plezier gehad om te werken aan het praktijkdeel. We wilden namelijk een modeshow organiseren op onze school voor de leerlingen en voor vrienden en kennissen. In deze modeshow stond de duurzame kleding natuurlijk centraal. Het regelen van deze modeshow vond erg leuk om te doen. En heb dit dan ook met plezier gedaan.

Ik wist niet wat ik na de Havo moest gaan doen. Ik had geen idee wat ik leuk vond en wat ik wilde worden later. Om hier achter te komen ben ik gaan kijken naar alle onderwerpen die ik leuk vond en de onderwerpen die ik interessant vond. Snel was ik erachter dat ik geen vaste kantoor baan wilde. Hier ben ik achter gekomen doordat ik een week stage heb gelopen bij De Lage Landen in Eindhoven. Dit vond ik leuk voor een week, maar ik wist zeker dat ik later niet iedere dag hetzelfde wilde gaan doen.
In de vijfde ben ik begonnen met het werken in een kleding winkel. Dit vind ik erg leuk maar wel als bijbaantje. Ik zou de rest van mijn leven niet in een winkel willen werken. Wel was ik erachter dat mode mijn aandacht trok. Het was iets wat me veel interesseerde.
Het organiseren van de modeshow als eindopdracht was voor mij dus weggelegd. Ik vond het erg leuk om te doen. En ben hier dus ook over na gaan denken. En heb samen met mijn decaan een lijst gemaakt met alle onderwerpen die ik leuk vond en die ik niet leuk vond. We hebben veel scholen bekeken, maar ik had bij geen enkele school en opleiding het gevoel dat die opleiding bij me paste. Uiteindelijk kwamen we bij het NHTV in Breda uit. Hier was ik meteen razend enthousiast over. Ik heb veel gekeken op de site en ik heb veel opendagen bezocht. En toen wist ik het bijna zeker. Deze school en opleiding paste bij me. En hierin zou ik later wel iets willen gaan doen. De eerste keer dat ik het gebouw binnen kwam lopen voelde ik me er al erg op mijn gemak. Ik wist zeker dat deze opleiding en school het zou worden. Ik had me dan ook niet voor een andere school opgegeven. Ik was er van overtuigd dat ik naar Breda zou gaan.

Ik denk dat het organiseren van de modeshow, het organiseren van mijn eigen 16e verjaardagsfeest , het opzetten van het eind gala op het Strabrecht College, het organiseren van alle hockeyfeesten en mijn interesse in mode en feestjes de doorslag hebben gegeven.
Mijn interesses lagen bij het organiseren van activiteiten, en mode vond ik ook erg leuk. En de opleiding Vrijetijdsmanagement paste dan ook goed bij me.

1.2 Wat wil ik graag bereiken.
Ik weet nog niet helemaal precies wat ik bereikt wil hebben na mijn propedeuse en mijn studie. Ook weet ik nog niet precies wat mijn droom of ambitie is. Natuurlijk heb ik wel al veel voorkeuren, en dit gaat mij helpen om erachter te komen wat ik in de toekomst wil gaan doen en wat ik dan wil bereiken of wat ik dan bereikt wil hebben.

In het eerste jaar, mijn propedeuse jaar, wil ik er graag achter komen welke richting ik wil gaan kiezen. Ik twijfel namelijk tussen de evenementen kant en de creatieve industrie. Toen ik begon aan dit jaar wilde ik graag iets met mode gaan doen. De creatieve kant van de opleiding sloot daar erg bij aan. Maar nu we dit blok een evenement hebben georganiseerd ben ik aan het twijfelen geraakt, want dit vond ik namelijk heel erg leuk. Ik heb ook met plezier aan dit blok gewerkt. Ik wil er graag achter komen of ik straks nog steeds bezig wil zijn met mode en het regelen van die kant. Ik wil graag weten of dat echt bij me past.
Om hierachter te komen moet ik weten wat de verschillen tussen die kanten zijn en wat ik allemaal kan doen in de sector Creatieve Industrie. Ik moet dus actief bezig gaan zijn met activiteiten die hier mee te maken hebben.

Na mijn studie wil ik graag een breed netwerk hebben opgebouwd. Hiervoor kan ik veel stage gaan lopen en bij veel activiteiten meehelpen om zo mensen te leren kennen.
Ook wil ik na mijn studie erachter zijn wat ik wil gaan doen. Ik wil weten hoe mijn leven eruit gaat als ik mijn diploma in mijn zak heb. Ik wil dan een echte droom hebben die ik kan gaan verwezenlijken.

Ik heb dus nog geen droom of ambitie voor later. Hier wil ik wel graag achter komen.
Ik wil dus veel ervaringen op gaan doen tijdens mijn studie om er zo achter te komen wat mijn droom is voor later. Wat ik uiteindelijk in mijn leven bereikt wil hebben.

1.3 Hoe kom je daarbij?
Er zijn veel dingen die ik wil weten tijdens en na mijn studie. Ik wil er graag achter komen wat er van me wordt verwacht als ik klaar ben met mijn studie. Ook wil ik graag weten wat mijn droom is, welke richting ik daarvoor moet gaan kiezen, en hoe ik mijn droom uiteindelijk kan verwezenlijken.

Om achter al deze vragen te komen moet ik verschillende dingen gaan doen. Zorgen voor zo veel mogelijk verschillende ervaringen. Dit kan ik doen door zo veel mogelijk actie te ondernemen. Door alle kansen die ik krijg aan te nemen en daar veel van te leren.

2 Ervaringen.
2.1 Voor mij belangrijke ervaringen met een toelichting.
Veel ervaringen van de afgelopen periode zijn belangrijk geweest voor mij. Ik heb veel van deze ervaringen geleerd, en ze hebben veel betekent voor mijn doel. Deze is namelijk een beetje veranderd door het eerste blok.

Ik heb mijn ervaringen in een lijst gezet, ik heb gekeken hoe belangrijk de ervaring voor me was. En hoe veel ik eraan heb gehad. De ervaring die als eerst in de lijst staat is het belangrijkst voor me geweest. Hoe verder de ervaring naar beneden gaat hoe minder ik aan die ervaring heb gehad.

1. Sens 11 Dordrecht.
Sens 11 was een feest dat ik samen met de rest van mij pilotklas mee heb mogen organiseren. Het was een feest voor het reguliere publiek en voor het primaire publiek. Onder het primaire publiek vielen de mensen met een verstandelijke of lichamelijke beperking. Ik heb gezien hoe deze mensen feesten en hoe zij het naar hun zin hadden. Ik heb gezien hoe mensen met een beperking dingen anders kunnen beleven als dat wij dat doen. Het feest was een groot succes, het was redelijk druk en iedereen leek het erg naar zijn zin te hebben. Er waren goede dj’s er was een trillende dansvloer en een aroma dj was er ook aanwezig. Deze onderdelen maakte het feest tot een speciale editie van Sens 11.

2. Coachgesprek.
Mijn eerste coachgesprek heb ik gehad met Saskia op Vrijdag 16 oktober. Ik wist niet zo goed wat ik van dat gesprek moest verwachten en wat ik er uiteindelijk aan zou hebben. Saskia heeft me goed uitgelegd waarvoor deze gesprekken dienen en waarom ze voor mij belangrijk zouden kunnen zijn. Ik heb het met haar gehad over mijn doel en waarom ik voor deze school heb gekozen. Ik vond het belangrijk maar ook wel lastig om hier bij stil te staan.

3. Omgaan met veranderingen.
Tijdens het project hebben we veel om moeten gaan met veranderingen. Een voorbeeld hiervan is het deel wat ik zou proberen te regelen. Ik was samen met mij projectgroep verantwoordelijk voor de promotie van het feest. Het was dus de bedoeling dat we met een bus door de stad zouden gaan rijden om bij scholen leerlingen te werven die naar het feest konden komen. De dag liep een beetje anders dan verwacht omdat er veel miscommunicatie was geweest tussen de scholen en de opdrachtgever. Hierdoor hebben we onze promotiedag aan moeten passen en hebben we dus om moeten gaan met veranderingen.

4. Een voorzitter hebben tijdens een vergadering.
Een voorbeeld hiervan is de vergadering die plaatvond op 21 september. We hadden een rampzalige vergadering omdat veel mensen niet op zaten te letten, een paar anderen waren met hele andere activiteiten bezig, weer een paar andere waren allemaal door elkaar aan het praten en weer een paar anderen waren de hele tijd aan het lachen omdat de vergadering zo slecht ging. Er was geen duidelijke voorzitter aanwezig, en daardoor liep deze vergadering in de soep. Een voorzitter hebben tijdens een vergadering is dus erg belangrijk.

5. De peerevaluatie.
Op 13 oktober hebben we bij Tamara onze eerste peerevaluatie gehad. We moesten elkaar een compliment en een tip geven. Ik heb bij deze evaluatie als compliment gehad dat ik nieuwsgierig was in anderen. Als tip had ik gekregen dat ik wat vaker de leiding moest nemen. Hierdoor verander je, want je gaat letten op alle punten van kritiek die gekregen hebt.

6. De presentatie voor de opdrachtgever van Sens 11.
Een onderdeel van het eerste project dat we hebben moeten doen was een presentatie geven voor de opdracht gever. Hier moesten we alle ideeën die we hadden voor dit evenement laten zien zodat er een go of No go gegeven kon worden. Ik heb samen met een klasgenoot de presentatie van het onderdeel gegeven op 21 september. het was best spannend voor iedereen omdat het de eerste keer was dat we zoiets mochten doen.

7. De gap maken.
Bij een van de coachlessen van Tamara gingen we het hebben over je gevoelens tegenover de opleiding en alle activiteiten die je nu al gedaan had. Het was de bedoeling dat je je naam schreef onder een smile op het bord. Hierdoor ging je nadenken over jezelf en maakte je dus als het ware een gap. Ook was het de bedoeling dat we antwoord gaven op de volgende zinnen:
Vanaf vandaag ga ik:
Ik doe dit door:
Dit gaat mij opleveren dat:
Door hierop antwoord te geven ging je nadenken over jezelf en over de dingen die je moest verbeteren.

8. De uitleg van Joep over het creatief leiderschap.
Omdat bijna niemand uit de klas het idee van het creatief leiderschap begreep kwam Joep deze op 28 september nog een keer uitgelegd gekregen. Na deze bijeenkomst begreep ik het doel hierachter. En wist ik wat ik eraan had en wat ik ermee kon gaan doen. Deze bijeenkomst zorgde voor heel wat duidelijkheid voor mij. Een zin die me bij is gebleven uit deze bijeenkomst is: Speel dat je boos bent, voordat je echt boos wordt.

9. Het samenwerken.
Aan het eind van blok A hebben we met de hele klas een projectplan moeten maken. Dit was in het begin erg lastig omdat we niet zo goed wisten hoe we dat met zo veel mensen moesten gaan doen. Uiteindelijk hebben een aantal mensen de taken onder onze klas verdeeld en zijn we dus in kleinere groepjes aan het werk gegaan. Nadat iedereen zijn of haar deel klaar had zou een iemand het in elkaar zetten. Hierbij ben je erg afhankelijk van elkaar want je wilt allemaal een goed eindproduct opleveren. We moesten elkaar dus vertrouwen.

10. De communicatie tussen de opdrachtgever en de projectleider.
Onze projectleider voor Sens 11 heeft veel moeten communiceren met de opdrachtgever. Dit ging niet altijd even vlekkeloos. Het duurde vaak lang voordat we pas iets te horen kregen en er waren vaak onduidelijkheden. Een voorbeeld hiervan is het regelen van de mimespelers voor bij de promotiebus. We zijn hier lang mee bezig geweest en hadden er dus veel tijd ingestoken. Toen we later wilden weten hoe we verder moesten had de opdrachtgever al lang gezegd dat dit idee niet meer door hoefde te gaan omdat ze er toch niet zo enthousiast over was. En dit hadden we niet van onze projectleider gehoord. Er was dus een duidelijke ruis tussen de opdrachtgever en de projectleider.

11. De feedbackcursus van Tamara.
Omdat we tijdens dit project elkaar vaak tips en kritiek moesten geven was de cursus van Tamara heel handig. We hebben geleerd hoe we op een vriendelijke manier toch eerlijk tegen elkaar kunnen zeggen. We hebben voorbeelden gezien door middel van toneelstukjes. Ik vond deze cursus heel nuttig en ik weet dat ik dingen nu gewoon kan zeggen. En ik weet hoe ik ze kan zeggen. Ik denk alleen dat het nuttiger was geweest als we deze cursus iets eerder hadden gehad.

12. Gemotiveerd raken.
Doordat we met heel de klas op 15 oktober zijn gaan kijken op een editie van Sens 11 in Tilburg zijn we erg gemotiveerd geraakt om er voor Sens 11 in Dordrecht alles aan te doen om het feest tot een succes te maken. Sens 11 Tilburg was namelijk geen succes. Er waren te weinig mensen en de locatie was niet erg handig. Door deze ervaring hebben we elkaar kunnen motiveren om alles uit te kast te halen voor Sens 11 in Dordrecht. Wat ook een voordeel was van deze ervaring was dat we totaal geen hoge verwachtingen meer hadden van het feest in Dordrecht.

13. De Engelse presentatie en de lessen.
We konden in blok A ons al opgeven voor de presentatie lessen van Engels. Ik heb dit gedaan omdat ik dacht dat het wel slim was om dit te doen aangezien ik niet zo goed ben ik Engels en het geven van presentaties. Ik heb in deze lessen veel geleerd. Hoe je een presentatie geeft wat belangrijk is, en de uitspraak van veel Engelse woorden. De eindpresentatie ging voor mijn gevoel niet erg goed omdat ik erg zenuwachtig was.

14. De activiteitencommissie.
Ik heb me opgegeven voor de activiteitencommissie omdat me dit erg leuk leek. We hebben een leuke groep die graag activiteiten wil organiseren voor onze club. De eerste bijeenkomst was erg leuk en we hebben dan ook al veel met elkaar gebrainstormd over activiteiten om te gaan doen met onze club. Ook zijn we erachter gekomen dat het best moeilijk is om een datum te prikken om bij elkaar te komen. Dit komt omdat we allemaal in andere klassen zitten en dus allemaal andere roosters hebben.

15. De eindevaluatie met Niels.
De eindevaluatie met Niels vond ik erg fijn. Op deze manier kon je zien wat we in blok A allemaal gedaan hebben. Door deze bijeenkomst ben ik erachter gekomen dat ik al best veel geleerd heb door dit project.

2.2 Hoe deze ervaring past bij mijn toekomst doel en hoe het past bij het leerproces naar creatief leiderschap.
1. Sens 11 Dordrecht.
Deze ervaring past bij mijn doel omdat ik graag wil weten welke kant ik met deze studie op wil. Door het meemaken van dit feest, ben ik erachter gekomen dat deze kant van de vrijetijdssector me ook heel erg aanspreekt. Het beleven van dit feest heeft mijn doel dan ook aangepast.

Bij deze ervaring, het beleven van Sens 11, wordt er van je verwacht dat je nieuwsgierig bent naar alles wat je voor dit evenement hebt gedaan, wat anderen allemaal voor dit project gedaan hebben en natuurlijk hoe mensen met een beperking dit feest hebben beleeft.

2. Coachgesprek.
Deze ervaring heeft ook veel betrekking op mijn doel. Door te praten met Saskia over de activiteiten die me aanspreken hoop ik erachter te komen welke kant van de vrijetijdssector ik volgend jaar wil kiezen.

Bij het coachgesprek wordt er van me verwacht dat ik communiceer met Saskia. Dat ik na het gesprek actie onderneem om er zo achter te komen wat ik nu daadwerkelijk leuk vind.

3. Omgaan met veranderingen.
Dit past bij mijn doel van dit jaar omdat, mijn doel nog wel eens zou kunnen veranderen aangezien ik niet nog weet wat ik wil met deze opleiding. Omgaan met veranderingen moet ik hierdoor dus kunnen.

Bij deze ervaring wordt er van me verwacht dat ik weet wat veranderingen zijn en dat ik weet hoe ik er mee om moet gaan. Ook wordt er dan van me verwacht om daarna actie te ondernemen om bijvoorbeeld een oplossing te bedenken voor deze verandering.

4. Een voorzitter hebben tijdens een vergadering.
Deze ervaring past niet echt bij mijn doelstelling van dit jaar. Ik kan door deze ervaring wel achterkomen of ik graag de voorzitter wil zijn of niet. Dit kan later betrekking hebben op mijn toekomst droom. Zo ben ik een beetje achter de mijn functie van dit project gekomen.

Bij deze ervaring wordt er van je verwacht dat je actie onderneemt, dat je de rol van de voorzitter zou kunnen nemen. Ook wordt er verwacht dat je daarna alles in goede banen leid door duidelijk te communiceren en samen te werken.

5. De peerevaluatie.
Deze ervaring past niet bij mijn doel van dit jaar. Door deze evaluatie kom ik er niet echt achter wat ik wil. Wel kom ik erachter waar ik goed in ben en waar ik slecht in ben. En ik ben er dan natuurlijk ook achtergekomen wat ik moet veranderen.

Er werd bij deze evaluatie van me verwacht dat ik duidelijk zou communiceren tegenover de rest van mij groepje. Ook moest ik nieuwsgierig zijn in de eigenschappen die ik zou kunnen verbeteren.

6. De presentatie voor de opdrachtgever van Sens 11.
Deze ervaring heeft wel invloed gehad op mijn doel voor dit jaar. Ik ben enthousiast geworden over het organiseren van evenementen. Door deze presentatie weet ik dat ik dit erg leuk vind.

Er werd van me verwacht dat ik zou samenwerken om zo samen de presentatie te kunnen geven. Ook werd er van me verwacht dat ik duidelijk naar de opdrachtgever zou communiceren.

7. De gap maken.
Deze ervaring past bij mijn doel omdat ik hierbij nadenk over wat ik leuk vind wat ik geleerd heb en wat ik nog moet leren. Zo kom ik alweer een stapje dichter bij wat ik wil weten aan het eind van mijn propedeuse jaar.

Ik heb hierbij geleerd hoe ik een gap moet maken, en hoe ik dat bewust kan doen. Dit heeft me veel geholpen met het begrijpen van het creatief leiderschap. Je bent je bewust van de dingen die je moet verbeteren.

8. De uitleg van Joep over het creatief leiderschap.
Deze ervaring past ook bij mijn doel omdat ik nu weet dat ik actie kan ondernemen om te kijken wat ik van de creatieve industrie vind omdat ik daar nog niet echt veel van heb meegekregen en ik dus nog geen vergelijkingsmateriaal heb.

Er wordt van me verwacht dat ik actie ga ondernemen om vergelijkingsmateriaal te hebben. Ook wordt er van me verwacht dat ik nieuwsgierig ben naar de creatieve kant van de vrijetijdssector.

9. Het samenwerken.
Deze ervaring heeft niets te maken met mijn doel. En die past er dan ook helemaal niet bij. Ik kom er door deze ervaring niet verder achter wat ik volgend jaar en in de toekomst wil.

Bij het samenwerken werd er van me verwacht dat ik goed met de andere communiceerden en dat ik nieuwsgierig was in anderen en in het werk van anderen.

10. De communicatie tussen de opdrachtgever en de projectleider.
Ook deze ervaring heeft niets te maken met mij doel en toekomst droom. Ik heb wel veel van deze ervaring geleerd maar het heeft geen betrekking op mijn doel.

Bij zo’n situatie wordt er van je verwacht dat je actie neemt op het gebied van communicatie. Je moet zorgen dat er een verandering plaats vind.

11. De feedbackcursus van Tamara.
Weer heeft deze ervaring me niet geholpen om achter mijn vragen te komen. Het heeft geen vorderingen gehad op mijn doel.
Na deze cursus werd er van je verwacht dat je beter zou communiceren en dat je actie zou ondernemen als je iets dwars zat.

12. Gemotiveerd raken.
Door gemotiveerd te raken in de dingen die ik leuk vind, zoals de evenementen en de creatieve industrie uit de vrijetijdssector kom ik er sneller achter waar nu daadwerkelijk mijn voorkeur ligt.

Om gemotiveerd te raken door anderen moet je samen kunnen werken en naar elkaar kunnen luisteren. Je nieuwsgierig zijn, actie ondernemen en duidelijk met elkaar communiceren.

13. De Engelse presentatie en de lessen.
Ook deze lessen hebben niets te maken gehad met mijn doel voor dit jaar en mijn toekomst droom na mijn studie.

Bij deze lessen werd er van je verwacht dat je samen zou werken. De presentatie moest je ten slotte met zijn tweeën geven. Ook moest je duidelijk communiceren, maar dan wel in het Engels.

14. De activiteitencommissie.
De activiteitencommissie kan bij mijn doel voor dit jaar gaan passen omdat we veel verschillende activiteiten willen gaan organiseren. Deze uit de verschillende sectoren van de vrijetijdssector.

Bij de activiteitencommissie wordt er van je verwacht dat je goed kan en wil samenwerken, dat je goed communiceert met de rest van de groep. Dat je snel actie onderneemt. Ook moet je om kunnen gaan veranderingen en moet je nieuwsgierig zijn naar wat de rest van de club leuk vind.

15. De eindevaluatie met Niels.
Deze evaluatie heeft niets met de vorderingen van mijn doel van dit jaar te maken. Ik heb alleen geleerd wat ik dit blok daadwerkelijk geleerd heb. En wat ik allemaal heb gedaan.

Deze evaluatie ging het eigenlijk alleen maar om de communicatie met elkaar. We hebben gepraat over wat we dit blok allemaal gedaan hebben.

3. Profiel creatieve leider (De vrijetijdsmanager).
3.1 Wat de ervaringen te maken hebben met het wiel van het creatieve leiderschap.
Bij iedere ervaring die ik heb gehad zou je het wiel van het creatieve leiderschap kunnen toepassen. Bij iedere ervaring die voor mijn toekomst van belang kan zijn heb ik twee begrippen van het wiel toegepast.

In de situatie van Sens 11 in Dordrecht dat beschreven staat in hoofdstuk 2.1 (ervaring 2) heb ik gezien dat je in de rol van vrijwilliger op het gebied van:
- Sociale duurzaamheid in staat moet zijn om goed te kunnen samenwerken. Het is in die situatie belangrijk dat je de taken duidelijk verdeeld en dat je ook voor die taak je verantwoordelijkheid neemt. Ook is het belangrijk dat je elkaar vertrouwt met het nemen van die verantwoordelijkheid. Je moet erop aan kunnen dat iedereen zijn steentje bij draagt op die avond. Het is belangrijk dat alles structureel verloopt en dat je weet waar je aan toe bent.
- Communicatie in staat moet zijn om goed te communiceren. Er mag op zo’n avond geen ruis ontstaan. Er moeten duidelijke afspraken worden gemaakt, waar iedereen zich aan hoort te houden. Er moet gezorgd worden voor een contactpersoon voor als er iets fout mocht gaan.

In de situatie van mijn eerste coachgesprek dat beschreven staat in hoofdstuk 2.1
(ervaring 2) heb ik gezien dat je op het gebied van:
- Communicatie in staat moet zijn om een goed gesprek te kunnen leiden. Je moet weten waar je het over wilt gaan hebben, een duidelijke structuur aanbrengen in het gesprek. Je moet je van te voren hebben voorbereid. Ik moet hebben nagedacht over de onderwerpen die ik wil bespreken en de problemen waarbij ik vastloop.
- Actie in staat moet zijn om na dit gesprek te concluderen wat ik kan doen om bijvoorbeeld verder te komen bij mijn doel. Ik moet actie ondernemen zodat ik de volgende keer op een nieuw gesprek weer voorbereid ben om nieuwe onderwerpen te bespreken.

In de derde situatie die staat beschreven in hoofdstuk 2. 1 over het meewerken aan de PR heb ik gezien dat je op het gebied van:
- Verandering in staat moet kunnen zijn om problemen snel op te lossen. Je moet in staat zijn veranderingen te accepteren en daar dan zo snel mogelijk op in te spelen. Voor dat de daadwerkelijke promotietoer begint zou je al na kunnen denken wat er eventueel fout zou kunnen gaan. Een goede voorbereiding zorgt er wel voor dat er waarschijnlijk maar weinig veranderingen zullen voorkomen.
- Sociale duurzaamheid in staat moet zijn om samen te kunnen werken met de mensen die mee gaan met de bus. Je moet samen vrolijk en actief werken, wil het nut hebben. Je moet samen op mensen af kunnen stappen en ze over kunnen halen. Het is wel belangrijk dat de taken hier goed verdeeld zijn.

In de situatie met de rampzalige vergadering die staat beschreven in hoofdstuk 2.1
(ervaring 4) heb ik gezien dat je in de rol van voorzitter op het gebied van:
- Communicatie in staat moet zijn om duidelijkheid te creëren. Je moet zorgen dat iedereen bij de vergadering betrokken is en dat iedereen weet waar het over gaat. Ook moet je zorgen dat niet iedereen door elkaar praat en dat iedereen om de beurt aan het woord is.
- Actie in staat moet zijn om de vergadering goed te laten verlopen. Er moet een duidelijke structuur komen in de vergadering. Dit kan bijvoorbeeld gedaan worden door voor de vergadering een agenda te maken met de punten die besproken gaan worden. Zo creëer je voor iedereen duidelijkheid.

In de vijfde situatie die staat beschreven in hoofdstuk 2.1 over de eerste peerevaluatie heb ik gezien dat je in de rol als collega’s op gebied van:
- Verandering in staat moet zijn om door het kritiek wat je van je collega’s krijgt je slecht eigenschappen te veranderen. Je moet wat doen met de tips die je krijgt. Je kunt daar op letten en daardoor ben je jezelf als het ware al aan het veranderen. Ook is het belangrijk om je complimenten ook te ontvangen.
- Communicatie in staat moet zijn om eerlijk tegen elkaar zijn wat je vind. Er moet iets positiefs en iets negatiefs gezegd worden. Dit kun je door de feedback training op een nette en vriendelijke manier te brengen.

In de situatie van de presentaties voor de opdrachtgever die staat beschreven in hoofdstuk 2.1 (ervaring 6) heb ik gezien dat je in de rol van presentator op het gebied van:
- Actie in staat moet zijn om de presentatie daadwerkelijk te geven. Je moet zorgen dat je goed voorbereid bent. En dat je niet heel de presentatie uit je hoofd kent. Je moet zorgen dat alles vlot verloopt en dat je niet al te zenuwachtig bent. Een goede voorbereiding is het halve werk.
- Communicatie in staat moet zijn om duidelijk te praten tijdens de presentatie. Er moet vooraf een goede communicatie zijn geweest tussen de twee personen die de presentatie samen zullen gaan geven. Ook is het belangrijk dat de rest van de projectgroep ook weet wat er verteld gaat worden. En dat het juiste in de presentatie gezegd gaat worden.

In de zevende situatie die staat beschreven in hoofdstuk 2.2 over het maken van mijn gap heb ik gezien dat je in de rol als student op het gebied van:
- Nieuwschierigheid in staat moet zijn om over jezelf na te denken. Je moet op een rijtje kunnen zetten wat je leuk vind en wat je niet zo veel interesseert. Je moet interesse hebben in nieuwe onderwerpen zodat je in je gap kunt kijken wat nu daadwerkelijk bij jou past.
- Verandering in staat moet zijn om je hier bij af en toe neer te leggen. Als je erachter komt dat iets helemaal niet zo leuk is als je gedacht had. Moet je hier tevreden mee zijn en moet je zorgen dat je dan nieuwsgierig wordt in dingen die je dan wel leuk gaan vinden.

In de situatie samenwerken die beschreven staat in hoofdstuk 2.1 (ervaring 9) heb ik gezien dat je in de rol van projectlid op het gebied van:
- Sociale duurzaamheid in staat moet zijn om samen te kunnen werken met je projectgroep. Je moet ervoor zorgen dat er een gezellige werksfeer heerst. Dit kan door teambilding gerealiseerd worden. Een duidelijke planning kan hierbij ook van pas komen zo ontstaan er geen stresssituaties.
- Communicatie in staat zijn om binnen de projectgroep duidelijke afspraken te maken. Dit voorkomt misverstanden en zorgt dat er minder conflicten en meningsverschillen ontstaan. Een projectovereenkomst kan hier een goede bijdrage aan leveren.

In de situatie waarin we elkaar motiveerden die beschreven staat in hoofdstuk 2.1
(ervaring 12) heb ik gezien dat je in de rol van projectlid op het gebied van:
- Nieuwschierigheid in staat moet zijn om je interesse te tonen in het werk van anderen. Hierdoor is de kans groot dat je zelf gemotiveerd raakt. Je vind het werk van een ander goed en je wil je eigen werk daardoor verbeteren.
- Communicatie in staat moet zijn om door met andere projectleden enthousiast te praten over het evenement, je andere die op het moment minder gemotiveerd zijn weer op nieuw te kunnen motiveren.

In de laatste situatie die staat beschreven in hoofdstuk 2.1 (ervaring 14) waar het gaat om de activiteitencommissie heb ik gezien dat je in de rol van die commissie op het gebied van:
- Sociale duurzaamheid in staat moet zijn om met vreemde mensen te kunnen samenwerken. Ook moet je ervoor zorgen dat er in die groep een goede en gezellige sfeer heerst. Anders wordt het samenwerken met mensen die je helemaal niet zo goed kent best lastig.
- Actie in staat moet zijn om elkaar snel zo goed mogelijk te leren kennen. Je moet namelijk ook zo snel mogelijk wat gaan doen als teambilding. Bijvoorbeeld een keer gezellig met zijn alle uit eten. Dit is belangrijk omdat de activiteiten die door deze commissie geregeld moeten worden ook snel van toepassing moeten zijn.

4. Zelfbeoordeling.
4.1 Mijn feedback gekoppeld aan het wiel van het creatieve leiderschap.
De eerste peerevaluatie die we gehad hebben met Tamara was op 13 oktober. Het was de bedoeling dat we elkaar een compliment en een tip gaven. Dit moest wel aan de hand van de begrippen van het wiel van creatief leiderschap. Ik heb meer gebruik gemaakt van de tips dan van de complimenten, daarom heb ik hier dus ook opgeschreven wat ik zou kunnen veranderen. Dit heb ik gedaan omdat ik hier zelf het meeste aan heb.

Communicatie:
Als feedback had ik van mijn groepje gekregen dat ik duidelijk moest blijven communiceren met de rest van mijn projectgroep. Met dit punt van kritiek was ik het eens. Dit kan ik het best toelichten aan de hand van een voorbeeld. Het eerste blok ben ik een aantal dagen ziek geweest en heb ik dus niet kunnen zien wat mijn groepje gedaan had. Mijn klasgenoot,waarmee ik voor het onderdeel toneel verantwoordelijk was, had al die tijd niets gedaan. Als ik beter was blijven communiceren met haar en met de rest van onze projectgroep hadden mensen misschien een deel van mijn taak over kunnen nemen.
Dit was dan gelijk weer aan ander deel van de feedback die ik gekregen had. Ze vonden dat ik op zulke momenten mijn groepspersonen me meer had moeten laten helpen. Dit was achteraf gezien natuurlijk wat slimmer geweest.
Een ander punt van kritiek wat ik heb gekregen als het gaat om communicatie is dat ik wat vaker de leiding mag nemen in een gesprek. Ik mag vaker de rol van voorzitter nemen tijdens een vergadering. Dit hebben ze tegen me gezegd omdat ze dachten dat ik dit wel zou kunnen. Ook met dit punt van feedback ben ik het eens. Ik kan me voorstellen dat ze dat vinden omdat ik in de vergaderingen nogal afwachten.

Actie
Op dit punt heb ik van mijn projectgroep ook feedback gekregen. Er werd me verteld dat ik wat meer in eigen handen mocht nemen, dat ik niet moest afwachten of een ander wel zijn of haar taak zou vervullen. Als ik dacht dat het diegene niet ging lukken mocht ik het best overnemen, of diegene een handje helpen. Met dit punt ben ik het eens omdat ik zo rond blijf kijken naar het werk van de rest. Een punt van actie nemen zou dan inderdaad zijn dat ik iemand help als die vastloopt met zijn werk.
Een ander punt wat betrekking heeft op deze feedback is dan ook het sneller nemen van actie. Ik was blij dat mijn groepspersonen me deze feedback hadden gegeven. Ik wist namelijk dat ik wat vaker en sneller actie moest ondernemen want, af en te wacht ik net wat te lang af. Ik ben blij dat ze me een tip hebben gegeven zodat ik hier de volgende keer rekening mee kan houden.
Weer een ander punt van feedback als je kijkt naar het begrip actie, was dat ik wat vaker om hulp mocht vragen als dat nodig was. Een voorbeeld hiervan was het bedenken van onderdelen van toneel die we konden gebruiken bij het maken van promotie. Hier kwam ik niet alleen uit en had misschien eerder om hulp moeten vragen. Zodat dit uiteindelijk misschien wel door had kunnen gaan, of dat er uiteindelijke een oplossing voor bedacht zou worden.

Wat me ook is bijgebleven van de peerevaluatie is dat iemand tegen me zij dat ik best tegen iemand zou mogen zeggen dat ze wat meer mochten doen als ik dacht dat er niets gedaan werd. Hierbij denk ik dat weer aan het voorbeeld dat ik eerder heb gebruikt over het feit dat er niets gebeurd was terwijl ik ziek was. Hier heb ik namelijk niets van gezegd. En ik kan me dus goed voorstellen dat mijn groepje me dit als feedback hebben gegeven.
Nieuwschierigheid
Ook bij het begrip nieuwsgierigheid heb ik feedback gehad van de anderen. Ze hebben gezegd dat ze het goed vonden dat ik op alles bleef ingaan. En dat ik over alle ideeën twee keer nadacht. Toch vonden ze ook dat ik moest kijken naar de planning. Ze vonden dat ik nieuwsgieriger mocht zijn in de tijd die we voor een idee hadden. Zodat ik wist of het überhaupt haalbaar zou zijn. En zo wist dat ik niet te veel van mezelf en ons groepje vroeg. Met deze kritiek kan ik het ook wel vinden. Ik moet eerst kijken of het wel een haalbaar idee is en of ik niet beter iets anders zou kunnen verzinnen. Dit kan ons veel stress schelen.
Verder vonden ze als compliment dat ik me goed verdiepte in nieuwe dingen die op mijn pad kwamen. Als er nieuwe ideeën zijn vind ik dat we daar eerst goed naar moeten gaan kijken voordat we ze een No go geven.
Wat ik misschien vaker zou kunnen doen is het vragen naar de mening van anderen. Zo kom ik erachter wat zij vinden en wat zij willen. Ook kunnen zij misschien hele leuke anderen ideeën hebben die bij het onderwerp waar ik verantwoordelijk voor ben passen.

Veranderen
Bij de feedback die ik bij dit onderwerp van het creatief leiderschap heb gekregen heb ik het meest stil gestaan. Dit komt omdat dit meer over jezelf en je eigen eigenschappen gaat. En die wil ik graag goed verbeteren.
Het eerste wat ze tegen me gezegd hebben is dat ik innerlijke stress moet proberen te vermijden. Met dit punt ben ik het helemaal eens. Het project dat we in blok A gehad hebben was erg leuk, maar zorgde ook zo af en toe eens voor stress. Dit was vooral zo als er iets niet meteen ging zoals je wilde, of als een onderwerp ineens niet meer door kon of mocht gaan. Om deze eigenschap van mezelf te verbeteren was het belangrijk voor me dat ik dit punt van feedback van de anderen kreeg.
Verder vonden ze dat ik goed kon inspelen op veranderingen als die plaatsvonden tijdens een deel van het project. Dit beschouw ik als een compliment omdat ik daar ook erg mijn best voor heb gedaan. Ik heb ervoor gezorgd dat ik me of bij de verandering neer zou leggen, of ik zou een andere oplossing bedenken. Ook met deze feedback kan ik het eens zijn.
Ik hoop dat ik in de toekomst meer feedback krijg op dit punt. Ik vind het belangrijk dat ik te weten kom wat ik zelf moet veranderen om beter te worden.

Sociale duurzaamheid
Het laatste punt waar we feedback op hebben gehad is sociale duurzaamheid. Dit heeft te maken met het samenwerken met je groepje en de rest van de klas. Als eerste tip heb ik gekregen dat ik mijn interesse in mijn medestudenten niet moest laten vallen ook al zat ik in een andere groep. Het is natuurlijk makkelijk dat je alleen nog maar interesse hebt in het werk dat jou groepje doet. Daarom vind ik dit een belangrijk punt van feedback. De andere uit mijn klas hebben ook erg hard gewerkt en die verdienen daarmee dan ook waardering. Dit zouden we elkaar kunnen geven als we allemaal geïnteresseerd in elkaar blijven.
Een ander punt wat ze tegen me gezegd hebben was dat ik duidelijker knel punten moest aangeven aan de rest. Als er iets mis ging, of mis zou gaan zou ik dit aan de anderen moeten laten weten zodat zij mij eventueel nog zouden kunnen helpen.

4.2 Feedback die ik heb gekregen tijdens het project.
We hebben elkaar natuurlijk niet alleen feedback gegeven bij de peerevaluaties. Ook tijdens en om het project heen hebben we tegen elkaar gezegd wat we vonden en wat iedereen zou kunnen verbeteren. Je leert elkaar door zo’n project beter kennen en het is dat dus ook vanzelfsprekend dat je eerlijk tegen elkaar kan zeggen wat je vind en wat je zou willen. Dit is dan ook zo gebeurd.

Tijdens het project heb ik dus ook veel feedback ontvangen van de anderen projectleden. Ze vonden zo bijvoorbeeld dat ik niet al het werk zelf moest doen. En dat ik best eens kon vragen of een ander niet een beetje meer zou willen doen. Het was ten slotte niet alleen mijn verantwoordelijkheid. Het is dus belangrijk dat het werk wat gedaan moet worden goed verdeeld is. En dat iedereen zijn deel zo goed mogelijk maakt. Hierop moet je elkaar dan ook vertrouwen. Zo heeft iedereen evenveel te doen en dat scheelt bij een hele hoop mensen heel wat stress.

Een ander zij tegen me dat ik me niet verantwoordelijk moest blijven voelen. Als ik mijn best voor iets had gedaan en het was uiteindelijk niet gelukt. Dan moest ik me daarbij neerleggen. Diegene heeft tegen me gezegd dat niet alles meteen goed kan gaan en dat ik niet voor niets op school zat. Ik was daar ten slotte om te leren. En van fouten leer je zeggen ze. Ook is er tegen me gezegd dat als ik mijn best voor iets had gedaan dat ik dat dan ook mocht zeggen. En dat ik me dan niet zou moeten afvragen heb ik uiteindelijk wel genoeg gedaan. Dit heb ik namelijk tijdens het project wel eens gedaan. Bijvoorbeeld toen het deel waar mijn klasgenoot en ik verantwoordelijk voor waren niet door ging.

Wat een ander tegen me gezegd heeft is ook bij de peerevaluatie nog een keer duidelijk gemaakt. Ze vonden dat ik stress moet vermijden. Als ik mijn best had gedaan hoefde ik me nergens zorgen over te maken. Hierin hebben ze natuurlijk gelijk. En dat is dan ook een punt waar ik graag op wil gaan letten en wat ik wil gaan verbeteren.

4.3 Feedback die ik mezelf kan geven.
Ik heb veel geleerd van de eerste periode. De opleiding was nieuw. Het manier van les krijgen was nieuw. Het samenwerken was nieuw. En het werken met projecten was nieuw. Ik kan dus wel zeggen dat ik in blok A heel wat heb geleerd. Ik heb keuzes gemaakt die goed waren, maar ook die minder goed waren. Er zijn een hoop dingen die ik anders had kunnen doen. En er zijn ook een hoop dingen die ik anders had willen doen.

Actie
In de situatie van het eerste project, toen er stress ontstond omdat we in tijdsnood kwamen, ben ik erachter gekomen dat het maken van een Plan van aanpak erg belangrijk is. Vooral een met een duidelijke planning. Als iedereen zich hieraan zou houden zouden we het tijdsprobleem niet kennen en zou ons dat heel wat stress schelen.
In het volgende blok zou ik dit ook graag anders willen doen. Ik zou beginnen met het maken van een duidelijke planning met alle activiteiten die noodzakelijk zijn. Ook zou ik sneller actie ondernemen om daarna meteen aan de slag te gaan met het project. Dit heb ik in blok A namelijk niet altijd gedaan. Ik heb te lang afgewacht voordat ik actie heb ondernomen.

Communicatie
In een andere situatie van het eerste project, toen ik ziek was, ben ik erachter gekomen dat je dan ook goed met elkaar moet blijven communiceren. Vooral over hetgeen wat er nog gedaan moet worden en wie er daar dan op dat moment verantwoordelijk voor is. Bij ons is dit toen een beetje misgegaan en er is in die tijd toen weinig gebeurd. Wat ik nu ook anders gedaan zou hebben is het daarna over praten met diegene. Dit blok heb ik het maar zo gelaten. Maar ik denk dat het slimmer was geweest als ik eerlijk en open tegen iemand had gezegd wat ik vond en hoe we dat het beste op konden lossen.

Nieuwsgierigheid
In de situatie van het project, toen ik een onderdeel koos om te doen wat me eigenlijk niet zo interesseerde, ben ik erachter gekomen dat ik ook in dit onderwerp mijn draai wel kan vinden. Ik kan iets bedenken wat me in dat onderwerp wel aanspreekt. Zodat ik toch met plezier aan het werk kan gaan. Ik heb geleerd hoe ik het me een beetje eigen kan maken. Toch heb ik wel geleerd dat ik de volgende keer meer aangeef wat mij het leukste lijkt. Dit scheelt namelijk wel in het aantal werk dat je erin wilt steken. Het volgende blok zal ik mijn mening daarom ook sneller geven.

Veranderen
Wat ik volgend blok graag meer zou willen leren is het presenteren. Ik heb hier achter gekomen omdat ik gepresenteerd heb voor een grote groep mensen en de opdrachtgever voor ons project. Hiervoor was ik erg zenuwachtig. Ik denk dat ik dit beter onder de knie moet krijgen. Dit omdat ik het belangrijk vind om straks te kunnen praten voor een grotere groep mensen. Een goede voorbereiding is dan natuurlijk wel van belang.

Sociale duurzaamheid
Het leiding geven wat me eerder als tip is gegeven door mijn projectgroepleden zou ik ook wat vaker kunnen gaan doen. Een vergadering leiden is denk ik een belangrijk punt om te leren. Dit blok heb ik anderen het woord gegeven en het ik zelf te veel afgewacht. Ik denk dat het in blok B mijn taak wordt om eens de voorzitter te zijn van een vergadering.

5. Conclusie en actieplan.
5.1 Persoonlijke duurzaamheid.
Uit ervaringen uit blok A heb ik geleerd dat het in de rol als creatief leider ten aanzien van persoonlijke duurzaamheid belangrijk is om:
- Verantwoordelijkheid te nemen.
- Te weten wat je wilt bereiken.
- Te weten wat je moet veranderen of verbeteren.
- Vertrouwen hebben in jezelf.

Als ik terug kijk op mijn eigen functioneren in Blok A en de feedback die ik gekregen heb, dan is het goed om de volgende punten te verbeteren:
- Meer na te denken over mijn droom en ambitie.
- Mijn mening beter naar voren te laten komen.
- Meer de leiding te durven nemen.
- Te zorgen voor minder stress.

5.2 Actie.
Uit ervaringen uit blok A heb ik geleerd dat het in de rol als creatief leider ten aanzien van actie belangrijk is om:
- Te weten wanneer je actie moet en kan ondernemen.
- Als projectlid goede afspraken te maken.
- Als voorzitter een vergadering goed te laten verlopen.
- Als teamlid je andere teamgenoten zo goed mogelijk te leren kennen.

Als ik terug kijk op mijn eigen functioneren in Blok A en de feedback die ik gekregen heb, dan is het goed om de volgende punten te verbeteren:
- Sneller actie te ondernemen bij een project en dus minder afwachten. Niet alleen denken maar ook doen.
- Om eerder een planning te maken.
- Een presentatie kan en durf te geven
- Om eerder hulp te vragen aan anderen.

5.3 Communicatie.
Uit ervaringen uit blok A heb ik geleerd dat het in de rol als creatief leider ten aanzien van communicatie belangrijk is om:
- Als voorzitter goed te communiceren met de projectleden.
- Te kunnen presenteren voor een grote groep.
- Duidelijk te kunnen vertellen aan anderen wat je wilt.
- Je mening te kunnen geven.

Als ik terug kijk op mijn eigen functioneren in Blok A en de feedback die ik gekregen heb, dan is het goed om de volgende punten te verbeteren:
- Beter willen en durven presenteren.
- Tegen anderen zeggen als me iets dwars zit of als ik het ergens niet mee eens ben.
- Mijn mening eerder te geven.
- Vaker leiding nemen in een gesprek en vergadering.

5.4 Sociale duurzaamheid.
Uit ervaringen uit blok A heb ik geleerd dat het in de rol als creatief leider ten aanzien van sociale duurzaamheid belangrijk is om:
- Interesse in elkaar te tonen.
- In een goed samenwerkingsverband kunnen werken.
- Te zorgen voor een leuke sfeer onderling
- De taken goed en eerlijk te verdelen.

Als ik terug kijk op mijn eigen functioneren in Blok A en de feedback die ik gekregen heb, dan is het goed om de volgende punten te verbeteren:
- Een vergadering leiden.
- Luisteren naar anderen.
- Beter met de groepsgenoten communiceren.

5.5 Veranderen.
Uit ervaringen uit blok A heb ik geleerd dat het in de rol als creatief leider ten aanzien van veranderen belangrijk is om:
- Te kijken naar je eigen eigenschappen.
- Om te kunnen gaan met veranderingen
- Op tijd oplossingen daarvoor te bedenken
- Zelf te veranderen.

Als ik terug kijk op mijn eigen functioneren in Blok A en de feedback die ik gekregen heb, dan is het goed om de volgende punten te verbeteren:
- Leren te durven presenteren.
- Zorgen voor minder innerlijke stress
- Meer naar mezelf en mijn capaciteiten te kunnen kijken.
- Beter leren om samen te werken met anderen.

5.6 Nieuwsgierigheid.
Uit ervaringen uit blok A heb ik geleerd dat het in de rol als creatief leider ten aanzien van nieuwsgierigheid belangrijk is om:
- Interesse moet en willen tonen in anderen.
- Alles te willen doen voor je project.
- Te luisteren naar je medestudenten en leraren

Als ik terug kijk op mijn eigen functioneren in Blok A en de feedback die ik gekregen heb, dan is het goed om de volgende punten te verbeteren:
- Zelf meer uit te zoeken voordat ik iets ga vragen.
- Beter communiceren met de anderen
- Meer mijn mening geven over iets wat me interesseert en wat niet.

5.7 Het actieplan.
In blok A zijn er veel nieuwe dingen die ik heb meegemaakt. Ik heb voor het eerst samengewerkt met de hele klas aan een project. Ik heb veel keuzes gemaakt. Keuzes die ik goed vond en keuzes die ik de volgende keer anders zou doen. Ik heb dit blok veel geleerd en gezien en ik weet nu wat belangrijk is. In blok B zou graag aan wat punten willen werken om mezelf te verbeteren en om een beetje verder achter mijn doel te kunnen komen.
Er zijn dus een aantal activiteiten waaraan ik zou gaan willen werken in blok B:

Ervaring in het werkveld?
Om erachter te komen wat ik nu precies wil gaan doen volgend jaar moet ik wat meer ervaringen hebben. Met deze ervaringen moet ik erachter gaan komen wat ik dan wil gaan doen.
Een punt wat ik dan dus ook wil gaan doen in blok B is meer ervaring opdoen in het werkveld van de vrijetijdssector. Het liefst dan wel de kant van de evenementen en de kant van de creatieve industrie omdat, deze het beste past bij mijn doel voor het volgende jaar.

• Ik wil zeker twee activiteiten gaan ondernemen in blok B die aansluiten bij mijn doel en die me helpen bij het ontwikkelen als creatief leider.

Presenteren en leiding geven?
Een ander punt wat ik graag verder zou willen ontwikkelen is het presenteren. Ik vind dit een belangrijk punt om te verbeteren omdat dit een belangrijk onderdeel van mijn opleiding is. In blok A heb ik al een presentatie voor een redelijk grote groep gedaan. Dit ging me niet slecht maar ook niet goed af. Ik wil graag in blok B bereiken dat ik dat wat beter onder de knie ga krijgen. Ik zou graag mijn zenuwen de baas willen worden.

• Ik wil in blok B nog een presentatie geven om te kijken of ik de presentatietechnieken al wat beter beheers. Een cursus presenteren kan daar nog wel bij van pas komen.

Ook wil ik mijn rol als projectleider verbeteren. Door beter te kunnen presenteren denk ik dat ik mijn rol als projectleider beter kan ontwikkelen. Ik zou graag een groep mensen willen en kunnen aansturen. Ook denk ik dat het uitvoeren van deze rol belangrijk is voor de opleiding en mijn doel. Zo kom ik er achter of ik dit leuk vind en of ik er later wat mee wil gaan doen. Ik denk dat ik het zelfvertrouwen moet ontwikkelen om te leren leiding geven.

• Ook wil ik in blok B vaker de leiding nemen in een vergadering of gesprek. Ik wil dat hiervan wat ga leren in het blok.
Geen posts.
Geen posts.